Over verhalen. Die plekken en gebeurtenissen
betekenis geven. Die jou en mij weten te beroeren. Verhalen die raken en laten
zien waar we vandaan komen. Ons meenemen in mijmeringen waar we naar toe
willen. Over de vertellers die essentieel zijn om het verhaal te duiden. Niet
alleen in woord of op ‘schrift’, maar ook in beeld. Juist beeld laat veel aan
eigen interpretatie over. Althans, dat zegt Story Painter Wouter Berns, die
me via een rondleiding langs zijn werk in de expositie ‘De omloop van de
verbeelding’ een inkijk geeft in zijn eigen verhaal. En uiteraard zijn dromen…
Als ie maar geen voetballer wordt…
Wouter (1970) lijkt voorbestemd om ‘iets’ in de sport te doen. Zijn talent op
het voetbalveld blijft niet onopgemerkt door scouts van De Graafschap, waar hij
wordt opgeleid. Een kapotte knie gooit op 15-jarige leeftijd roet in het eten
en dat ‘iets in de sport’ vindt zelfs geen weerslag in een functie als
fysiotherapeut of sportleraar. Wouter: “Een illusie armer, besloot ik de vakken
scheikunde en biologie uit mijn pakket te gooien en deze te vervangen door
tekenen. Mijn moeder, de creatieveling in onze familie, spoorde me aan om meer
te doen met mijn tekentalent. Iets wat absoluut geen straf was! Vol overgave
stortte ik me op het tekenen van strips, karikaturen en kocht al snel een set
olieverf. Ik leefde me uit op de onderkant van veilingkistjes. Op dat moment
had ik al een onbedwingbare behoefte om juist die dingen of situaties te schilderen
die er echt uitzien, maar toch niet kunnen.”
Kampen: ‘the place to be?’
“Als scholier en beginnend schildertje reisde ik vaak met de trein van Zevenaar naar Arnhem om daar het gemeentemuseum te bezoeken en voordelige kunstboeken te kopen bij De Slegte. Voorbeelden en inspiratoren waren
bijvoorbeeld kunstschilders als Jan Mankes, Emil Schumacher, Pyke Koch en Carel
Willink. In plaats van de geplande sportcarrière, oriënteerde ik me op een
geschikte kunstopleiding. Een leraar tipte mij over zowel een geschikte opleiding
als stad. Op een dag pakte ik de trein naar deze stad, Kampen. Met mijn
portfolio liep ik de brug over naar de Kunstacademie in de Van Heutzkazerne. Na
dit bezoek stond mijn besluit al snel vast. Hier wil ik zijn. Vanaf de start
van mijn opleiding woonde ik dan ook in Kampen. De jaren ’90. Een tijd waarin
mijn studiegenoten en ik ons gedroegen als speelse liberalen, maar waar ik me
tegelijkertijd serieus stortte op het schildersvak. In 1992 studeerde ik af.
Eén jaar sneller dan de geplande 5 jaar. Niet omdat ik nu per se zo extreem goed was, maar omdat de docenten zagen wat ik wilde qua stijl. Ze vonden me er klaar voor. Ik was – toen al – Story Painter.”
Inspiratoren
“Eén van mijn eerste opdrachten was het schilderen van de heilige Martinus in een altaar. De Martinuskerk in Oud-Zevenaar had een ander altaar gekregen. Eén waarin een afbeelding van de heilige Antonius stond. Dat kon natuurlijk niet. Wanneer ik door een kerk loop, zoek ik altijd de verbeelding. De kerk is bij uitstek een plek van verhalen, waarbij de beelden vertellen en je uitdagen op zoek te gaan naar je eigen verhaal. Hoe raakt het jou? Sterke en volwassen emotie vind ik vooral in de werken van grootmeesters als Rubens en Rembrandt. Uiteraard laat ik me naast ‘beeld’ ook inspireren door taal. Gesproken of geschreven. Mythologische verhalen hebben veel invloed op mijn werk, maar ook verschillende verhalenvertellers van nu weten me te raken en zetten me aan het denken. Joseph Campbell en ‘The hero with the thousand faces’ is daarvan een goed voorbeeld.”
“Eén van mijn eerste opdrachten was het schilderen van de heilige Martinus in een altaar. De Martinuskerk in Oud-Zevenaar had een ander altaar gekregen. Eén waarin een afbeelding van de heilige Antonius stond. Dat kon natuurlijk niet. Wanneer ik door een kerk loop, zoek ik altijd de verbeelding. De kerk is bij uitstek een plek van verhalen, waarbij de beelden vertellen en je uitdagen op zoek te gaan naar je eigen verhaal. Hoe raakt het jou? Sterke en volwassen emotie vind ik vooral in de werken van grootmeesters als Rubens en Rembrandt. Uiteraard laat ik me naast ‘beeld’ ook inspireren door taal. Gesproken of geschreven. Mythologische verhalen hebben veel invloed op mijn werk, maar ook verschillende verhalenvertellers van nu weten me te raken en zetten me aan het denken. Joseph Campbell en ‘The hero with the thousand faces’ is daarvan een goed voorbeeld.”
Spiegelen
“Inspiratie doe ik dus niet louter visueel op. Ik creëer een verhaal en verbeeldt het op mijn manier. Ik schilder dan ook eerst in mijn hoofd. Het verhaal dat borrelt in mijn onderbuik vertaal ik daar naar beeld. En dan ga ik aan de slag met het doek, de verf en penseel. Dat is puur aards, zweten zelfs! Gelukkig heb ik onderhand veel ervaring en beheers ik de technieken steeds beter, waardoor ik alle inspiratielagen geduldig weet aan te brengen op het doek. Al met al duurt het hele proces van idee of werk in opdracht tot oplevering vaak minimaal een jaar. Schilderen is losgaan. Schilderen is spelen. Ik ben verslaafd aan creëren. Kan niet zonder. Heb het spelen nodig om die monnik te kunnen zijn. Via mijn werk vertel ik een verhaal wat vervolgens bij iemand anders weer een andere - persoonlijke - interpretatie oplevert. Mijn werk spiegelt. Maar de ziel van de ander, de kijker, ken ik niet. Is onbekend en ongrijpbaar. Wil je me zien of niet? Laat jij je kennen of niet? Hoe vertaal jij? En uiteindelijk moet ik het schilderij loslaten. Daar heb ik best moeite mee. Of het nu een opdracht of vrij werk is, ik kan het pas laten gaan als ik er letterlijk en figuurlijk klaar mee ben. En in mijn geval is dat wanneer ik weer gepakt wordt door een nieuw verhaal. Als blijkt dat daar ruimte voor is, zet ik mijn signatuur eronder.”
“Inspiratie doe ik dus niet louter visueel op. Ik creëer een verhaal en verbeeldt het op mijn manier. Ik schilder dan ook eerst in mijn hoofd. Het verhaal dat borrelt in mijn onderbuik vertaal ik daar naar beeld. En dan ga ik aan de slag met het doek, de verf en penseel. Dat is puur aards, zweten zelfs! Gelukkig heb ik onderhand veel ervaring en beheers ik de technieken steeds beter, waardoor ik alle inspiratielagen geduldig weet aan te brengen op het doek. Al met al duurt het hele proces van idee of werk in opdracht tot oplevering vaak minimaal een jaar. Schilderen is losgaan. Schilderen is spelen. Ik ben verslaafd aan creëren. Kan niet zonder. Heb het spelen nodig om die monnik te kunnen zijn. Via mijn werk vertel ik een verhaal wat vervolgens bij iemand anders weer een andere - persoonlijke - interpretatie oplevert. Mijn werk spiegelt. Maar de ziel van de ander, de kijker, ken ik niet. Is onbekend en ongrijpbaar. Wil je me zien of niet? Laat jij je kennen of niet? Hoe vertaal jij? En uiteindelijk moet ik het schilderij loslaten. Daar heb ik best moeite mee. Of het nu een opdracht of vrij werk is, ik kan het pas laten gaan als ik er letterlijk en figuurlijk klaar mee ben. En in mijn geval is dat wanneer ik weer gepakt wordt door een nieuw verhaal. Als blijkt dat daar ruimte voor is, zet ik mijn signatuur eronder.”
Foto: Marieken Westerink |
Omloop van de verbeelding
Ter gelegenheid van zijn 25-jarig kunstenaarsjubileum exposeert Wouter
momenteel (tot 9 september 2017) in de Boven- of Sint Nicolaaskerk. Wouter:
“Deze kerk nodigt uit. Van buiten lijkt het net een onneembare vesting, maar eenmaal
binnen biedt deze plek zoveel ruimte en openheid. De ‘match’ tussen mijn werk
en deze kerk is onverwacht een schot in de roos. Ik kan me geen betere
gelegenheid voorstellen. Hoe fantastisch komt bijvoorbeeld ‘De heilige Nicolaas’
tot zijn recht. Zie het licht dat vanaf het schilderij door de geweldige
glas-in-loodramen erboven gewillig haar weg naar buiten vindt. Deze kerk heeft
iets magisch. Zorgt voor een extra verdieping van mijn werk.” Niet alleen tref
je werk van Wouter in De Bovenkerk, ook nodigde hij een aantal kunstvrienden
uit om hun werk tentoon te stellen. Want: “Een feestje vier je niet alleen!”,
aldus Wouter.
Droom of ratio?
“Ik leef mijn droom. Ben hoofdrolspeler in mijn eigen film. Dat geeft een machtig gevoel. En dan doel ik niet op macht in de zin dat ik beheers. Wel dat ik ‘beheer’. Ik vergelijk dit gevoel met de tuin van mijn atelier in Frankrijk. Eén die zich kenmerkt door gigantische wildgroei. Binnen een bepaalde ruimte laat ik dat gebeuren. Dat is een basisovertuiging van mij. Ik kan geen ‘stop’ op mijn gedachtespinsels zetten. Die staan aan de basis van verhalen op het doek. Die worden gevoed door invloeden van buitenaf, maar ook door mijn eigen fantasieën en dromen. Helaas slaat de rationele wereld veel dromen murw. Hoewel ik wel vermoed dat er sprake is van een kanteling. Het besef dat ‘doen wat je wilt’ vaak begint met dromen. Die heb je zelf in de hand. De uitvoering ervan is niet altijd makkelijk en vergt veel inzet en doorzetten. Een schilderij maken is een draak doden. Ik houd van die strijd. Ik leef mijn eigen droom meer en meer. Een droom uitvoeren vergt ook léf en het begint met doen. Ik leef in het nu. Probeer het in ieder geval. Iets wat mij echt niet altijd lukt, maar de zwarte kanten daarentegen heb ik wel nodig om te zijn waar ik wil, wie ik wil zijn en wat ik wil doen.”
“Ik leef mijn droom. Ben hoofdrolspeler in mijn eigen film. Dat geeft een machtig gevoel. En dan doel ik niet op macht in de zin dat ik beheers. Wel dat ik ‘beheer’. Ik vergelijk dit gevoel met de tuin van mijn atelier in Frankrijk. Eén die zich kenmerkt door gigantische wildgroei. Binnen een bepaalde ruimte laat ik dat gebeuren. Dat is een basisovertuiging van mij. Ik kan geen ‘stop’ op mijn gedachtespinsels zetten. Die staan aan de basis van verhalen op het doek. Die worden gevoed door invloeden van buitenaf, maar ook door mijn eigen fantasieën en dromen. Helaas slaat de rationele wereld veel dromen murw. Hoewel ik wel vermoed dat er sprake is van een kanteling. Het besef dat ‘doen wat je wilt’ vaak begint met dromen. Die heb je zelf in de hand. De uitvoering ervan is niet altijd makkelijk en vergt veel inzet en doorzetten. Een schilderij maken is een draak doden. Ik houd van die strijd. Ik leef mijn eigen droom meer en meer. Een droom uitvoeren vergt ook léf en het begint met doen. Ik leef in het nu. Probeer het in ieder geval. Iets wat mij echt niet altijd lukt, maar de zwarte kanten daarentegen heb ik wel nodig om te zijn waar ik wil, wie ik wil zijn en wat ik wil doen.”
“Verbinding. Dat woord schiet me direct te binnen als je vraagt welke droom ik voor Kampen heb. Alleen in geval van verbinding kunnen dromen werkelijkheid worden. Kampen is een mooie gemeente met een mooie stad. Een stad waarin heel veel warmte aanwezig is. Laten we vooral blijven delen. Op zich gebeurt dit best goed, maar als we niet uitkijken, raken we elkaar kwijt. Bijvoorbeeld door polarisatie en angst. Maar waarvoor zijn we bang? Media en politiek wakkeren angst aan en angst maakt van dromen nachtmerries. Prometheus vind ik hiervoor een mooi symbool. Deze mythologische creatieve geest, bracht mensen wederzijds respect bij en leerde hen vooruit te zien. Zijn naam wordt dan ook verklaard als ‘De vooruitdenkende’. Stel hem voor in een totalitaire regime. Iemand die bang is durft niet te dromen. Machteloosheid komt dan eerst. Ruimte voor ontdekking en ontwikkeling is nodig. Verrijk elkaar. Luister naar elkaar. Verbind. In ‘De omloop van de verbeelding’ toon ik verhalen op de plek waar verhalen horen. En iedereen mag ermee doen wat hij wil. De essentie van verbinding is dat je anderen jouw waarheid niet opdringt, maar juist ruimte creëert voor ieders persoonlijke interpretatie.”
Meer informatie over Story Painter Wouter Berns en de expositie: Story Painter Wouter Berns
Geen opmerkingen:
Een reactie posten